Wroclaw (Polen) – Tijdens het EK marathon voor masters is Lamko Hulzebos uit de race gestapt. De Zuidwoldiger atleet liep van start af aan al geen lekkere race en besloot derhalve de wedstrijd dus ook te staken. Voorafgaand aan de wedstrijd was het goede gevoel wel aanwezig. Lamko keek al een tijdje uit naar dit EK en had ook zeker kans op een podiumplaats. Maar hij weet ook dat geen enkele wedstrijd het zelfde is. Soms heb je gewoon een mindere dag en vandaag was helaas zo’n dag. Al drie kilometer na de start had de ervaren atleet al het gevoel dat het een lastige wedstrijd zou worden. Toch kwam hij nog best goed door bij het vijf kilometer punt. Hier liep hij namelijk nog op een zevende plaats binnen de categorie 50+ met een doorkomsttijd van 0:18:48. En deze positie kon hij ook nog best lang vast houden. Pas op de helft van de marathon werd Lamko namelijk ingehaald door iemand uit zijn categorie. Maar vanaf dat moment werd het steeds lastiger om zijn positie vast te houden.
En dan komt het moeilijke, maar moedige besluit om uit de race te stappen. Lamko liep in principe nergens meer voor. Een goede klassering in het klassement leek op het 25 kilometerpunt namelijk al verkeken. Toch moest Lamko nog een behoorlijk eindje lopen om bij de start/finish te eindigen. Hij moest daarom het parcours nog een tijdje vervolgen en kwam zodoende ook nog op het 30 kilometerpunt door. Hier konden de kijkers thuis, die via Youtube de wedstrijd volgden, hem zien lopen. En het leek daar nog best goed te gaan. Maar hier had hij al veel gas terug gegeven en liep hij vrij rustig richting de finish, daardoor leek het ook in die paar seconden dat hij te zien was, dat hij een lekkere race liep.
Dit EK was dus niet wat de atleet uit de wedstrijdselectie van HAC’63 er vooraf van had gedacht. Maar met al zijn ervaring weet Lamko ook snel weer alles te relativeren. Op Facebook blikt hij terug op de wedstrijd ”Gelukkig kon mijn jaar toch al niet meer stuk en dit hoort ook bij de wetten van de marathon. Desondanks wel mooie dagen gehad in Polen.”
Tekst: Remco Bos